Het overhemd bestaat eigenlijk al heel erg lang. Een van de eerste bewijzen hiervan heeft men gevonden in Egypte. Dit hemd was gemaakt van linnen. In de middeleeuwen werd het overhemd voornamelijk gemaakt van wol of linnen. Ook dames droegen al vroeg een overhemd. Omdat een dame aangekleed werd door een dienstmeisje zitten de knopen van een damesblouse aan de linkerkant, want dat is makkelijker dichtknopen als je ervoor staat, aldus gaat het verhaal. In eerste instantie werd het overhemd alleen door de arbeider gedragen en niet door de elite. Later droeg de elite voornamelijk witte hemden om te laten zien dat ze geen lichamelijke arbeid hoefden te verrichten.
Gaandeweg de geschiedenis zijn er veel varianten te zien; van een mouwloos overhemd dat over het basishemd gedragen werd en hierdoor makkelijker te wassen was, tot een hemd met franjes, dat zijn oorsprong voornamelijk gevonden heeft in de 18e eeuw en nu nog steeds populair is. De naam overhemd is ook ontstaan uit het feit dat het in eerste instantie over een hemd werd gedragen.
Gebruiksvriendelijk
In de 19e eeuw waren ze zo gek nog niet en waren nagenoeg alle kragen en manchetten afneembaar. Dit was natuurlijk erg gemakkelijk met wassen. Ook kregen de boorden een knoopje waarmee ze vastgezet werden. Dit vindt zijn oorsprong in de polosport, zodat de flappen niet in het gezicht zouden waaien tijdens de polowedstrijd. Eind 19e eeuw gaat de ontwikkeling van het overhemd snel, dit hangt samen met de industrialisatie. Wat een uitkomst was de uitvinding van de wasmachine! Hierdoor werd het wassen van de overhemden een stuk gemakkelijker en goedkoper, want de hemden hoefden niet meer naar de stomerij.
Het overhemd met korte mouwen
Na de oorlog, rond 1950 verschijnt het overhemd met korte mouwen op het toneel. Het overhemd is vooral populair onder wetenschappers en een nieuwe generatie kantoorpersoneel. Tegenwoordig zien we het overhemd met korte mouw gelukkig overal terug, zowel zakelijk als casual en in heel veel leuke varianten.